Nieuwsbrief 2012-06 (Grote impact lager fiscaal kader zichtbaar)

 


 

Nieuwsbrief 2012-06

 

Special - Grote impact lager fiscaal kader zichtbaar

 

 

Op 21 juni is het wetsvoorstel ter verhoging van de AOW en verhoging van de fiscale pensioenrichtleeftijd ingediend bij de Eerste Kamer. Voorts is een tweetal op dit wetsvoorstel gebaseerde Vragen en Antwoorden van de Belastingdienst (12-004 en 12-005) over de fiscale pensioenrichtleeftijd verschenen, op verzoek van Minister Kamp. Uit deze vragen en antwoorden blijkt dat de impact van het wetsvoorstel groot is. Kamp wil het voorstel nog vóór het zomerreces tot wet verheffen. De Vragen en Antwoorden geven een overzicht van de percentages die gelden indien een lagere pensioenrichtleeftijd dan 67 jaar wordt gehanteerd.

 

Middelloon en eindloon

De belastingdienst heeft het maximale opbouwpercentage van 1,9% respectievelijk 2,15% (ingaande op 67) actuarieel herrekend naar de leeftijd 66 en 65. Per 1 januari 2014 gelden volgens de Belastingdienst de volgende maxima:
 
Pensioenleeftijd volgens pensioenregeling Maximaal opbouwpercentage eindloon Maximaal opbouwpercentage middelloon
67 jaar 1,9% 2,15%
66 jaar 1,76% 1,99%
65 jaar 1,63% 1,84%

 

Wij geven hierna een tweetal sterk versimpelde voorbeelden.

 
Voorbeeld 1
Een werkgever heeft een middelloonregeling met als pensioenrichtleeftijd 65 en een opbouwpercentage van 2. Het percentage mag volgens de Belastingdienst per 1 januari 2014 maximaal 1,84 zijn. De werknemers gaan er daardoor op achteruit. Ook als deze werkgever de pensioenrichtleeftijd per 1 januari op 67 stelt en een opbouwpercentage van 2,15 toepast, gaan de werknemers er in beginsel op achteruit.
 
Voorbeeld 2
Een werkgever heeft een middelloonregeling met als pensioenrichtleeftijd 65 en een opbouwpercentage van 1,75%. Deze werkgever kan de huidige regeling per 2014 continueren of een gelijkwaardige regeling met pensioenrichtleeftijd 67 (met de mogelijkheid tot vervroegde pensionering) gecombineerd met een opbouwpercentage van 2,04 (2,15/1,84*1,75%) implementeren.
 

Beschikbarepremieregelingen

Ook de beschikbare premiestaffels worden aangepast aan het nieuwe opbouwpercentage voor middelloonregelingen en de nieuwe pensioenrichtleeftijd. Dit betekent dat de premie die maximaal kan worden gestort ongeveer 13% lager is volgens de Belastingdienst.
 
Voorbeeld 3
Veel beschikbare premieregelingen hebben een staffel die nu al (bijna) fiscaal maximaal is en gebaseerd zijn op een rekenrente van 4%. Voor deze regelingen kan een gelijkwaardige pensioenregeling worden gerealiseerd door de staffel op 3% rekenrente te baseren. Er zijn nog weinig uitvoerders die een staffel op 3% rekenrente aanbieden, vanwege de vereiste jaarlijkse toetsing aan een middelloonregeling.
 
Voorbeeld 4
Er bestaan veel beschikbare premieregelingen met fiscaal maximale bruto staffels (d.w.z. inclusief kosten). Een fiscaal maximale bruto staffel is gebaseerd op 10% administratiekosten en 8% premie voor premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid. De feitelijke kosten die voor deze elementen in rekening worden gebracht zijn veelal lager. Dit betekent dat de inleg momenteel hoger is dan de inleg die op basis van de huidige netto staffels is toegestaan. Voor deze regelingen daalt de fiscale ruimte daarom met meer dan 13%.
 
PS 1. Als gevolg van verlaging van de opbouwpercentages verslechtert de arbeidsvoorwaarde pensioen. Deze wijziging kan niet eenzijdig door de werkgever plaatsvinden. Overleg met en instemming van werknemers is noodzakelijk en leidt wellicht tot compensatie-eisen.
 
PS 2. De publicaties van de Belastingdienst betreffen geen wetgeving maar een belangrijke instructie aan de Belastingdienst. Afwijkingen behoeven afstemming met de competente inspecteur en moeten binnen de wettelijke grenzen vallen.
 
PS 3. Als het wetsvoorstel door de Eerste Kamer wordt aangenomen is het mogelijk dat de fiscale pensioenrichtleeftijd per 1 januari 2015 automatisch verschuift naar leeftijd 68. Daarvoor moet de levensverwachting aanleiding geven volgens een in het wetsvoorstel opgenomen rekenkundige formule.
 
PS 4. Verkrapping van het fiscale maximum in de tweede pijler is een bestaande trend en leidt voor de overheid  acuut tot hogere belastingopbrengsten. Onze verwachting is dat het fiscale maximum in de tweede pijler steeds verder zal krimpen de komende decennia.
 
PS 5. De publicatie van de Belastingdienst en genoemde trend maken eens te meer duidelijk dat het van groot belang is een simpele en toekomstbestendige pensioenregeling neer te zetten. Dit voorkomt onduidelijkheid, periodieke aanpassingen, kosten, onderhandelingen en vergroot de kennis van en waardering voor pensioenregelingen.

 

 

 


KWPS Corporate Pension Solutions

Strawinskylaan 679
1077XX Amsterdam
T + 31 20 589 1818
E info@kwps.nl
W www.kwps.nl
kwps_pensioen

 


KWPS kan informeren en adviseren over de in deze nieuwsbrief gesignaleerde actualiteiten. Benader uw vaste contactpersoon bij KWPS of mail naar info@kwps.nl. Deze nieuwsbrief is met uiterste zorg samengesteld, doch geeft geen volledig beeld van de genoemde problematiek. Alle handelingen die naar aanleiding van deze nieuwsbrief worden ondernomen zijn voor eigen rekening en risico. KWPS is gevestigd te Amsterdam en geregistreerd bij de Kamer van Koophandel onder nummer 34248760.