Wet toekomst pensioenen

De afgelopen twintig jaar zijn pensioenregelingen vaak aangepast. Meestal als gevolg van wetswijzigingen. Zo is de fiscale pensioenleeftijd verhoogd van 65 naar 68 jaar en is de toegestane pensioenopbouw per jaar steeds verder verlaagd. En herinnert u zich de invoering van de salarisgrens van € 100.000 tot waarover pensioen mag worden opgebouwd? Dat was in 2015.

Al deze wijzigingen verbleken bij de wijzigingen die werkgevers en werknemers te wachten staan als gevolg van het Pensioenakkoord. Eén van de afspraken uit het Pensioenakkoord is de Wet toekomst pensioenen. Deze wet leidt in 2023 tot een wijziging van het pensioenstelsel, waardoor alle pensioenregelingen in Nederland moeten worden aangepast. De belangrijkste wijzigingen zijn:

  • vanaf 2027 mag de pensioenpremie niet meer afhankelijk zijn van de leeftijd van de werknemer; voor álle werknemers (binnen dezelfde groep) moet het premiepercentage gelijk zijn.
  • bestaande gestaffelde pensioenregelingen mogen na 2026 blijven bestaan voor bestaande deelnemers.
  • nieuwe pensioenregelingen moeten vanaf 2023 voldoen aan het voorschrift van een gelijke premie.
  • het nabestaandenpensioen bij vooroverlijden moet worden uitgedrukt in een percentage (maximaal 50%) van het salaris.

Om de pensioenregeling te wijzigen, in lijn met de Wet toekomst pensioenen, zal de werkgever (die niet aangesloten is bij een verplichtgesteld bedrijfstakpensioenfonds) een wijzigingstraject moeten opstarten. Omdat iedere werkgever voor andere uitdagingen staat, is er geen pasklare oplossing. Een wijzigingstraject vereist maatwerk en een heel goede voorbereiding. Gebeurt dat niet, dan zullen werkgevers waarschijnlijk tegen kostenposten en andere verrassingen aanlopen.

Klik hier om de parlementaire geschiedenis van de wet in te zien.