Plotseling minder ruimte voor pensioen- en lijfrenteopbouw
Publicatiedatum: 11 december 2024
Gisteren is het jaarlijkse Vraag en Antwoord gepubliceerd waarin de voorlopige AOW-franchises voor het volgend jaar zijn vermeld. Handig in verband met de pensioenadministratie van uitvoerders en werkgevers. In dit jaarlijkse Vraag en Antwoord wordt ook de zogenoemde aftoppingsgrens voor pensioenen vermeld. Wat blijkt? De politiek heeft deze grens van € 137.800 voor de komende twee jaar bevroren. Doordat de franchise wel stijgt is er opeens sprake van een cumulerende pensioen- en lijfrenteverschraling. Het effect is groter dan op het eerste gezicht lijkt.
Amendement belastingplan is de oorzaak
In het Vraag en Antwoord is in een voetnoot te lezen dat vanwege een aangenomen amendement ter zake het Belastingplan 2025 een bevriezing plaatsvindt van de aftoppingsgrens. Deze grens was bij de introductie € 100.000 en is door inflatie in de loop der jaren gestegen naar het huidige bedrag van € 137.800. Door het amendement is de wettelijk geregelde stijging twee jaar op nihil gesteld. Doordat de AOW-franchise in 2025 en 2026 wel stijgt, daalt de pensioengrondslag voor de hogere inkomens.
Effect is groter dan je denkt
Het bevriezen van de aftoppingsgrens lijkt maar voor twee jaar te zijn, maar werkt ongelimiteerd door. Vanaf 2027 zal de aftoppingsgrens normaal gesproken weer stijgen, maar is dan altijd lager dan in het geval het amendement niet zou zijn aangenomen. Hierdoor neemt de fiscale premieruimte voor de komende twee jaren af met een totaalbedrag van bijna € 6.000. De fiscale ruimte voor een 45-jarige met een salaris boven de € 137.800 neemt tot de 65-jarige leeftijd naar verwachting af met een totaal premiebedrag van € 87.000.
Relatie met de giftenaftrek
Het bevriezen van de aftoppingsgrens lijkt geen doel op zich, zo blijkt uit de toelichting op het amendement. Het amendement regelt namelijk ook dat de giftenaftrek in de winstbelasting in stand blijft en de giftenaftrek in de inkomstenbelasting wordt verruimd van 250.000 naar 1,5 miljoen euro. Op die manier wordt het geefgedrag van ondernemers en particulieren niet gestraft, maar juist mogelijk gemaakt, aldus de indieners. Dat is een nobele gedachte van de politiek, maar het is bijzonder dat een samenhangende pensioenbesparing in een bijkamertje van het Belastingplan 2025 wordt geregeld.
Want wie betaalt de giftenaftrek nu eigenlijk?
Als er op het ene vlak wordt uitgedeeld, moet er op een ander gebied bezuinigd worden. Door het bevriezen van de aftoppingsgrens voor pensioenen zijn er lagere werkgevers(pensioen)lasten en meer vennootschapsbelastingopbrengsten voor de overheid. Goed beschouwd vindt het door de overheid gefaciliteerde weggeefgedrag van ondernemers en particulieren dus plaats voor rekening van werknemers. Omdat dit de zogenaamde happy few zijn, is de kans groot dat menigeen zijn schouders ophaalt en overgaat tot de orde van de dag.
Is de aftakeling van de aftoppingsgrens ingezet?
Politiek en de sociale partners zijn in de bredere afspraken rond het daaraan ten grondslag liggende Pensioenakkoord overeengekomen de aftoppingsgrens te handhaven, in ieder geval totdat de complexe Wtp-operatie in 2028 is afgerond. Daar licht de politiek nu de hand mee. Is het hek van de dam? Maatregelen rond de aftoppingsgrens lijken nu al de oplossing om sponsoring van uitgaven te dekken. Het zou mij niets verbazen als per 2027 blijkt dat € 137.800 het hoogste bedrag aan aftoppingsgrens is geweest.