Reparatie nadeel afkoop 10% pensioen zorgt voor nog meer keuzestress

Publicatiedatum 19 november 2020

Op grond van het wetsvoorstel bedrag ineens, RVU en verlofsparen krijgen deelnemers aan pensioenregelingen de mogelijkheid op pensioendatum maximaal 10% van hun pensioen in één keer af te kopen. Omdat de afkoop slechts op één moment wordt toegestaan, kunnen er forse verschillen in effectieve belastingdruk over het afkoopbedrag ontstaan. Dit is nu gerepareerd in een aanvulling op het wetsvoorstel.

Belastingdruk bij bereiken AOW-leeftijd

Vanaf de eerste dag van de maand waarin een deelnemer de AOW-leeftijd bereikt, is geen AOW-premie meer verschuldigd. Dit scheelt 17,9% over de eerste tariefschijf (€ 34.712 in 2020), dus maximaal ruim € 6.000 belasting. Als de deelnemer gedurende het kalenderjaar de AOW-leeftijd bereikt, is een evenredig gedeelte van de AOW-premie verschuldigd over het jaarinkomen, waaronder het bedrag van de afkoop.

Opheffen fiscaal nadeel

Omdat de afkoop slechts op één moment, te weten de pensioendatum, mag plaatsvinden, bepaalt de feitelijke verjaardag (het bereiken van de AOW-datum) de effectieve belastingdruk over het afkoopbedrag. Dit wordt gerepareerd doordat de afkoop ook op een later moment mag plaatsvinden. Als een deelnemer met pensioen gaat in het jaar voorafgaande aan zijn AOW-datum of in het jaar waarin de AOW-datum wordt bereikt, dan krijgt de deelnemer de mogelijkheid om de 10%-afkoop later te laten plaatsvinden. Dit mag gebeuren in de maand februari volgend op het jaar waarin hij de AOW-leeftijd bereikt. In dat jaar is de deelnemer inmiddels geen AOW-premie meer verschuldigd over het bedrag ineens.

Voorwaarden

De mogelijkheid om de afkoop te laten plaatsvinden in de maand februari volgend op het jaar waarin de AOW-datum is bereikt, staat open voor deelnemers of gewezen deelnemers die met pensioen gaan in:

  • een jaar voorafgaand aan het bereiken van de AOW-datum; of
  • het jaar waarin de AOW-datum wordt bereikt.

De keuze voor en invulling van het verzoek voor afkoop dient altijd vóór de ingang van het pensioen plaats te vinden. Als een deelnemer gebruik wil maken van het afkooprecht, dient daarbij te worden aangegeven:

  • welk percentage van de aanspraken op ouderdomspensioen de deelnemer wenst af te kopen (maximaal 10%); en
  • op welk moment de afkoop dient plaats te vinden (pensioeningangsdatum of februari volgend op het jaar waarin de AOW-datum wordt bereikt).

Nog meer keuzes, wat te doen?

Deelnemers moeten al kiezen tussen 10% afkoop, hoog/laag of niets doen. Dat is al knap lastig. Door de reparatiemaatregelen moeten zij ook bepalen wat voor hen fiscaal aantrekkelijker is: afkoop op de pensioeningangsdatum of in de maand februari volgens op het jaar waarin de AOW-datum wordt bereikt. De versoepeling is welkom, maar zal nóg meer vragen oproepen. Als het moeilijk en ingewikkeld wordt, schieten de meeste mensen in de stand ‘niets doen’. Er zal meer persoonlijke begeleiding (KWPS noemt dit pensioencoaching) nodig zijn om deze impasse te doorbreken.

Meer informatie en contact
Natasja Winter
partner