Voor nieuwe werknemers nu over naar leeftijdsonafhankelijke premie?

Vanwege het Pensioenakkoord bereikt ons steeds vaker de vraag of het verstandig is voor nieuwe werknemers nu al over te stappen op een leeftijdsonafhankelijke pensioenpremie. Deze vraag kan niet zonder meer met ja of nee beantwoord worden, maar er zijn inderdaad argumenten om deze stap snel te zetten. Niet voor niets hebben sommige werkgevers (inclusief KWPS) dit al lang gedaan, soms zelfs voor het gehele werknemersbestand.

Maximale premie van 30 tot 33%, maar lager kan ook

Het Pensioenakkoord schrijft voor dat we vanaf uiterlijk 2026 allemaal naar een leeftijdsonafhankelijke premie moeten, van maximaal 30 tot 33%. Dat is bijna een zekerheid te noemen, alhoewel over het overgangsrecht het laatste woord nog niet is gezegd.

Leeftijdsonafhankelijke premie kan al jaren

Een leeftijdsonafhankelijke premie kan nu ook. Wachten tot 2026 mag, maar hoeft zeker niet. Daarbij is het toegestaan onderscheid in arbeidsvoorwaarden te maken voor bestaande en nieuwe werknemers.

In onderstaande figuur is een beschikbare premie staffel vergeleken met een actuarieel gelijkwaardige leeftijdsonafhankelijke (vlakke) premie. Iemand die vanaf 21 jaar voortdurend deelneemt aan één van beide regelingen heeft na zijn werkzame leven evenveel pensioen opgebouwd.

Argumenten vóór een snelle overstap voor nieuwe werknemers

  • Voor nieuwe werknemers personeel van welke leeftijd ook, is de leeftijdsonafhankelijke premie een gegeven. Zij zullen geen compensatie eisen als deze premie lager is dan de gestaffelde premie.
  • De overstap naar een leeftijdsonafhankelijke premie is snel te maken. Wel moet er instemming zijn van de ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging en de uitvoerder.
  • De groep werknemers die recht houdt op de premiestaffel - en daarmee compensatie bij overstap naar een leeftijdsonafhankelijke premie – wordt gesloten. De groep zal door natuurlijk verloop steeds verder krimpen.
  • De groep bestaande werknemers kan de kans worden gegeven over te stappen naar de leeftijdsonafhankelijke premie.
  • De leeftijdsonafhankelijke premie kan na verloop van tijd worden verhoogd (ingroei) naarmate het deelnemersbestand in de gestaffelde regeling afneemt.
  • Het hebben van een regeling met een leeftijdsonafhankelijke premie is toekomstbestendig. Door het neerzetten van een dergelijke regeling is de organisatie beter voorbereid en flexibeler.

Argumenten tegen een snelle overstap voor nieuwe werknemers

  • Als het percentage voor de leeftijdsonafhankelijke premie hoog wordt gekozen en er met name jongere werknemers instromen, dan zal de werkgever de komende jaren met een premiestijging worden geconfronteerd. Instroom in de gestaffelde regeling is dan minder kostbaar.
  • Het leeftijdsonafhankelijke percentage kan niet te laag worden gekozen, omdat er anders een arbeidsvoorwaarde ontstaat waarmee de werkgever moeilijk werknemers zal kunnen aantrekken.
  • Een te lage premie betekent dat een werknemer feitelijk geen redelijke of goede pensioenregeling heeft. De werknemer kan weliswaar zelf bijstorten, maar moet hier goed en met name geregeld in begeleid worden.
  • Alhoewel het onderscheid juridisch is toegestaan, kunnen werknemers van dezelfde leeftijd (maar met een andere regeling) het als onterecht ervaren dat zij een andere premiehoogte ontvangen, hetgeen tot onrust of discussies kan leiden.

Alhoewel het aantal voordelen numeriek groter is dan het aantal nadelen, kan nooit gezegd worden dat een snelle overstap altijd aan te raden is. Werknemersbestanden, wensen, leeftijden, voorkeuren, HR-beleid, arbeidsmarkt, aard van het werk, blijfkans en budgetten zijn andere factoren die een belangrijke rol spelen bij de keuze om al dan niet over te stappen naar een regeling voor nieuwe werknemers. KWPS begeleidt werkgevers bij het in kaart brengen van de relevante factoren en verzorgt kostenprojecties, zodat een weloverwogen keuze mogelijk is.

2 juli 2020

Auteur(s) en meer informatie: