|
Verplichtstelling komt voor 14 bedrijfstakpensioenfondsen te vervallen
Duizenden werkgevers kunnen per direct besluiten om het pensioen niet langer onder te brengen bij hun bedrijfstakpensioenfonds. Bij 14 van de 59 bedrijfstakpensioenfondsen komt de verplichtstelling te vervallen als gevolg van slechte beleggingsresultaten. De regeling die elders wordt ondergebracht moet ten minste gelijkwaardig zijn aan de regeling bij het bedrijfstakpensioenfonds. Bij een dekkingsgraad van onder de 100% mag de werkgever het pensioenvermogen niet aan het bedrijfstakpensioenfonds onttrekken. Bij een dekkingsgraad van bijvoorbeeld 120%, krijgt de werkgever 100% aan vermogen mee.
PS 1. Het is werkgevers die met name jongere werknemers in dienst hebben aan te raden om te (laten) beoordelen of er kostenbesparingen gerealiseerd kunnen worden door het pensioen elders onder te brengen.
PS 2. Gepaste snelheid is geboden, aangezien de vrijstelling binnen een jaar weer kan verdwijnen.
PS 3. Bekijk hier de lijst van niet langer verplicht gestelde bedrijfstakpensioenfondsen.
Verbod van waardeoverdracht en partnerpensioen
Door de crisis werken veel pensioenuitvoerders momenteel niet mee aan waardeoverdracht. Op grond van de Pensioenwet is een pensioenuitvoerder niet verplicht mee te werken, indien de financiële positie niet op peil is. Dit kan gevolgen hebben voor de hoogte van het partnerpensioen. Een voorbeeld verduidelijkt dit.
Voorbeeld:
Werknemer A heeft een pensioenregeling bij uitvoerder A met een partnerpensioen op risicobasis. De werknemer verandert van baan en gaat deelnemen in de pensioenregeling van uitvoerder B. Het partnerpensioen op risicobasis bij uitvoerder A komt hierdoor te vervallen. In de pensioenregeling van uitvoerder B wordt het partnerpensioen gebaseerd op de feitelijk doorgebrachte, de uit waardeoverdracht verkregen en de tot aan de pensioendatum door te brengen dienstjaren. Indien de werknemer geen waarde heeft kunnen overdragen, dan valt het partnerpensioen lager uit, dan wanneer extra dienstjaren uit waardeoverdracht verkregen zouden zijn.
PS 4. Goede communicatie door de werkgever is noodzakelijk om discussies te voorkomen.
PS 5. Door in de pensioenregeling op te nemen dat ook de jaren doorgebracht bij vorige werkgevers bepalend zijn voor de hoogte van het te verzekeren partnerpensioen wordt een daling van het partnerpensioen voorkomen.
FVP-bijdrageregeling stopt per 1 januari 2011
De Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering heeft aangekondigd dat werknemers die vanaf 1 januari 2011 werkloos worden geen beroep meer kunnen doen op een uitkering vanuit FVP. Aanvragen die reeds ingediend zijn worden nog zoveel mogelijk behandeld. Er wordt geen garantie gegeven dat de bijdrage daadwerkelijk ontvangen wordt. Reden voor de stopzetting is dat de bodem van de FVP-kas in zicht komt.
PS 6. Bij het vaststellen van de hoogte van een ontslagvergoeding wordt vaak rekening gehouden met de FVP-bijdrage. Door het wegvallen hiervan kan een ontslagvergoeding achteraf gezien te laag blijken. Het is werkgevers aan te raden rekening te houden met het wegvallen van de FVP-bijdrage, teneinde discussie te voorkomen.
PS 7. In pensioenregelementen, sociale plannen en afvloeiingsregelingen wordt vaak geregeld dat de werkgever de pensioenopbouw tijdens de loongerelateerde uitkering voortzet onder aftrek van de FVP-bijdrage. Door het wegvallen van de bijdrage leidt dit automatisch tot hogere lasten. Het is werkgevers aan te raden sociale plannen en afvloeiingsregelingen hierop te controleren.
|
