|
Eindejaarstip: nu anticiperen op 2020
Het wetsvoorstel ‘AOW en pensioen naar 67 jaar’ brengt erg weinig verrassingen. KWPS informeerde al in nieuwsbrief 2009-10 over de (toen nog) plannen van het kabinet. Het wetsvoorstel, aangevuld met de verwachte kostenstijgingen die worden veroorzaakt door de vergrijzing, stijgende levensverwachting en de wijziging van de parameters in het financieel toetsingskader (FTK), leidt voor werkgevers tot de volgende tips voor 2010.
PS 1 Anticipeer nu op 2020 door voor nieuwe werknemers een pensioenregeling met pensioenleeftijd 67 op te zetten. Dat verkleint in 2020 de groep waarvoor de regeling moet worden aangepast. Uiterlijk in 2020 kunnen de andere werknemers overgaan naar een regeling met pensioenleeftijd 67. Dat kan onder omstandigheden natuurlijk ook eerder.
PS 2 Als structurele oplossing om af te geraken van onverwachte financiële verrassingen: Zet voor alle deelnemers een zuivere beschikbare premieregeling met collectieve beleggingen op (eventueel aangevuld met beleggingsbescherming), ter vervanging van de 'standaard' voorwaardelijk geïndexeerde middelloonregeling.
Let op de herleving van bijstortverplichtingen in de middelloonregeling
In onze nieuwsbrief 2008-2 hebben wij stilgestaan bij mogelijk aanzienlijke bijstortverplichtingen voor werkgevers in het geval van (pensioen)waardeoverdrachten. Deze bijstortingen doen zich voor bij waardeoverdrachten van pensioenfondsen naar verzekeringsmaatschappijen. Vanwege de financiële crisis werkten weinig pensioenfondsen mee aan waardeoverdracht. Op grond van de Pensioenwet is dit toegestaan als de financiële positie van het fonds niet toereikend blijkt. Nu herstel van dekkingsgraden is ingezet, herleeft de praktijk van waardeoverdrachten. Hoewel de wetgever zich bewust is van de ongunstige bijstortverplichtingen, ziet zij vooralsnog geen reden om op korte termijn in te grijpen.
PS 3 Werkgevers kunnen de bijstortverplichtingen vermijden door een vrijwillige bijspaarmodule (gebaseerd op een beschikbare premieregeling) naast de middelloonregeling op te zetten. Inkomende waardeoverdrachten worden ingebracht in de bijspaarmodule waardoor nooit bijstortverplichtingen ontstaan. Een overgang naar een volledige beschikbare premieregeling is eveneens een alternatief.
PS 4 Zoals in nieuwsbrief 2008-2 aangegeven is het hanteren van een beschikbare premieregeling een structurele oplossing voor de toekomst. Waardeoverdrachten naar een dergelijke regeling leiden nooit tot het hoeven bijstorten van bedragen door de nieuwe werkgever.
Samenloop doorwerkbonus en levensloop beëindigd
De mogelijkheid een doorwerkbonus te ontvangen en tegelijkertijd levensloopverlof via de werkgever te genieten, komt te vervallen. Vanaf 1 januari 2010 verandert de behandeling van levensloopuitkeringen die via de werkgever worden genoten. Door de wijziging is de levensloopuitkering niet langer loon uit tegenwoordige dienstbetrekking, maar loon uit vroegere dienstbetrekking. Dit geldt alleen voor werknemers van 62 jaar en ouder vanaf het kalenderjaar zij 62 jaar worden. De doorwerkbonus is een fiscale korting, bedoeld om ouderen te stimuleren om langer door te werken. Het toekennen van een doorwerkbonus aan werknemers die door levensloopverlof feitelijk vervroegd uittreden, is in strijd met het beoogde doel.
PS 5 Wij raden werkgevers aan de salarisadministratie dienovereenkomstig aan te passen, zodat levensloopuitkeringen tijdig worden aangemerkt als loon uit vroegere dienstbetrekking (groene tabel).
|
