Het pensioenakkoord waar sociale partners overleg over hebben gehad gaat voorlopig niet door. KWPS verwacht dat de ministeries van zowel Sociale Zaken en Werkgelegenheid als Financiën mogelijk met nieuwe wetgeving rond pensioen komen. Enerzijds zal in de Pensioenwet op termijn een nieuw pensioensysteem (voorwaardelijk middelloon) worden opgenomen waarin het pensioen onder invloed van beleggingen en levensverwachting lager kan worden. Een dergelijk systeem verschilt weinig van een beschikbare premieregeling met collectieve beleggingen, maar is complexer en moeilijker te communiceren. De vraag is wat de wetgever ten aanzien van opgebouwde onvoorwaardelijke rechten zal bepalen. Het zou ver voeren als deze rechten worden verminderd, maar allicht noodzakelijk om te voorkomen dat generaties hun pensioenpremie zullen zien stromen naar oudere werknemers en gepensioneerden.
PS 1 Middelloon en voorwaardelijk middelloon zijn relatief paternalistische systemen, waarbij het pensioenbudget verplicht in de pensioenregeling wordt geïnvesteerd. Hierdoor is pensioen lastig te combineren met leeftijdsfasebewust personeelsbeleid.
PS 2 KWPS wijst op het zogenaamde DCCI-systeem. De pensioenboodschap moet luid en duidelijk zijn: absolute zekerheid is niet te geven. Het invoeren van een beschikbarepremieregeling op basis van collectieve risicomijdende beleggingen is eenvoudiger maar is in de basis hetzelfde als een middelloonregeling waarvan de uitkomst niet vaststaat. Een DCCI-systeem is goed te combineren met leeftijdsfasebewust personeelsbeleid.
PS 3 Per 2013 wordt de Vitaliteitsregeling ingevoerd door de overheid. Is Vitaliteitsbeleid het nieuwe woord voor levensfasebewust personeelsbeleid?
Hoge Raad: Geen voorziening seniorenregeling
De Hoge Raad heeft onlangs bepaald dat voor toekomstige uitgaven uit hoofde van een seniorenregeling geen voorziening op de balans mag worden opgenomen. Een seniorenregeling maakt het mogelijk om ouderen minder te laten werken met behoud van hetzelfde salaris, zonder dat sprake is van een regeling voor vervroegde uittreding (RVU, 52% eindheffing). Volgens goed koopmansgebruik dient een uitgave zoveel mogelijk te worden toegerekend aan het jaar waarin de opbrengst plaatsvindt. Loonuitgaven dienen in beginsel te worden toegerekend aan het jaar waarin de arbeid wordt verricht. Ook uitkeringen uit hoofde van een seniorenregeling moeten daarom volgens de Hoge Raad worden toegerekend aan het jaar waarin de arbeid plaatsvindt. Dit in tegenstelling tot VUT-regelingen waarvoor wel een voorziening kan worden getroffen.
PS 1 Indien in een seniorenregeling gedurende het dienstverband recht op deelname wordt verworven, is het ons inziens, niettegenstaande het arrest van de Hoge Raad, mogelijk dat een voorziening wordt gevormd. Er bestaat dan immers een duidelijk verband met arbeid die in het verleden is verricht. Indien dit niet het geval is, zal de fiscus zich mogelijk op het standpuntstellen dat een reeds gevormde voorziening vrij dient te vallen.