Nieuwsbrief 2018-07 (Seminar KWPS)

Enkele uren voordat afgelopen dinsdag het Pensioenakkoord (dat nooit een akkoord is geweest) uit elkaar spatte vond ons drukbezochte seminar plaats met als onderwerp ‘Vitaliteit: eigen of gezamenlijke verantwoordelijkheid’. Drie bevlogen sprekers gaven vanuit eigen expertise en interesse invulling aan dit thema. Spaargedrag, gedragsbeïnvloeding, werken met liefde, betaalbaarheid van de AOW. Het kwam allemaal aan de orde en er is flink over nagepraat tijdens de borrel

 

Carlijn Prins, econoom bij RaboResearch Nederland, behandelde de resultaten uit een recent Rabobank-onderzoek. Nederlanders blijken gemiddeld weinig spaargeld te hebben in relatie tot onze welvaart en gemiddeld hoge inkomens, vergeleken met de rest van Europa. Dit wordt kortgezegd veroorzaakt doordat veel geld vastzit in pensioenen en huizen, er relatief hoge belastingen gelden en de sociale voorzieningen relatief goed zijn. In deze tijden wordt het vormen van buffers echter voor steeds meer groepen belangrijk vanwege een terugtredende overheid op het gebied van pensioenen, wegens vergrijzing, stijgende zorgkosten en lagere leennormen voor en verduurzaming van woningen. Een spaarpot is geen overbodige luxe. Toch heeft 40% van alle Nederlandse huishoudens minder dan € 3.000 aan spaargeld en blijkt 20% helemaal geen spaargeld te hebben. In een zeer groot deel van de Nederlandse huishoudens kan en zal zich dus een situatie voordoen, waarbij financiële problemen ontstaan. Uit divers onderzoek blijkt dat financiële problemen leiden tot stress, gezondheidsklachten, verminderde concentratie en daardoor achteruitgang van productiviteit en zelfs tot verzuim op het werk. Uit gedragswetenschappelijk onderzoek blijkt keer op keer dat sparen niet voor iedereen even natuurlijk is. Carlijn pleitte al met al voor het gedeeltelijk weghalen van de wettelijk geplaatste schotten tussen pensioen, hypotheek en vermogen, mits daar bepaalde voorwaarden aan zijn verbonden. Gebruik een deel van het pensioen voor aflossing van de hypotheek of voor opleiding. Omgekeerd kan de overwaarde bij verkoop van een huis weer in pensioen worden gestort.

 

Jan-Olivier Kuijkhoven, fiscaal jurist en partner bij KWPS nam het stokje over en begon zijn inleiding aanvankelijk positief. Al jaren blijken we in Nederland het beste stelsel ter wereld te hebben. De huidige generatie gepensioneerden is de rijkste ooit. Voor steeds meer werkenden echter kraakt en piept er steeds meer: de AOW- en pensioendatum worden alsmaar hoger, de jaarlijkse pensioenopbouw wordt steeds lager zodat er meer financieel risico bij de werknemer komt te liggen, er is risicotransitie door de overgang van eind- en middelloonregelingen naar zachte middelloonregelingen en beschikbare premieregeling. Als klap op de vuurpijl wordt de AOW onbetaalbaar wegens het omslagstelsel en de vergrijzing en wordt pensioen wegens diezelfde vergrijzing steeds duurder omdat het langer moet worden uitgekeerd aan een steeds groter wordend leger van gepensioneerden. Dit heeft gevolgen. Uit onderzoek van Netspar uit 2017 blijkt dat nu al 31% van de werknemers en 43% van de zzp’ers te weinig pensioen opbouwt, zelfs als alle vermogensbestanddelen in aanmerking worden genomen. Gemiddeld wil 72% van de werknemers 6 jaar eerder met pensioen, iets dat al helemaal niet zal gaan lukken omdat ieder jaar eerder pensioneren een gat van 8% slaat. Uit recent onderzoek van het NIBUD blijkt dat werkgevers vaak worden geconfronteerd met personeel met schulden en dan wegens een hoger verzuim en lagere productiviteit gemiddeld € 13.000 per werknemer kwijt zijn. Ook uit ander onderzoek blijkt het belang van financieel en fysiek gezonde werknemers. Uit de jaarlijkse Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden blijkt dat oudere werknemers niet vaker verzuimen maar het langdurig verzuim als gevolg van fysieke klachten (50 dagen of langer) drie keer zo hoog ligt als bij jonge werknemers. Werkgevers hebben een groot vertrouwen in de financiële en vitale zelfredzaamheid van hun werknemers, maar dat is volgens de gedragseconomie grotendeels onterecht. Wij zijn homo sapiens, geen homo economicus. Jan-Olivier behandelde niet alleen de theorie maar ook praktijkgevallen waaruit blijkt dat sturing op gewenst gedrag door werkgevers uitermate effectief is bij het verbeteren van de financiële positie van werknemers. De wijze waarop een regeling is vormgegeven bepaalt grotendeels het succes. In situaties waarbij de werkgever het initiatief neemt om een collectieve spaarregeling op te zetten, waarbij de werknemer automatisch deelneemt tenzij hij aangeeft dat niet te willen, ontstaat een hoge deelnamegraad tot soms 100%. Het sturend optreden én serieus betrekken van de werknemers gecombineerd met een opt-out mogelijkheid blijkt heel goed te werken.

 

Ten slotte heeft Aukje Nauta, organisatiepsycholoog, bijzonder hoogleraar Universiteit Leiden en partner bij Factor Vijf gesproken over de rol van werkgevers bij duurzame inzetbaarheid. In privé-situaties blijken mensen meer altruïstisch te zijn dan in werkrelaties. In werkrelaties verwachten we vaak iets terug van elkaar en daardoor kunnen treurige werkrelaties ontstaan. Er zijn nog steeds veel werkgevers die de mens letterlijk als human capital zien en de werkdruk opvoeren. Het effect daarvan op werknemers is dat er een psychologische breuk ontstaat jegens de werkgever en dat werknemers minder betrokken zijn en er zelfs sabotage plaatsvindt. Werkgevers die voor een andere aanpak kiezen en pro-sociaal gedrag tonen, blijken uiteindelijk succesvoller te zijn. Door als werkgever te investeren in werknemers floreert iedereen. Blijere werknemers zorgen uiteindelijk voor blijere klanten en dus meer omzet. Aukje roept op meer in gesprek te zijn met werknemers en te kijken naar de mens achter de werknemer. Waardoor ontstaan problemen en hoe kunnen we die problemen voor deze werknemer oplossen? Dat leidt tot I-deals, unieke afspraken over werk en ontwikkeling. Dergelijke afspraken zijn in feite bedoeld om precedentwerking te hebben, maar niet met het adagium dat iedereen dan dezelfde afspraak moet krijgen. One size doesn’t fit all. Het gaat om de individuele behoefte voor een regeling of afspraak, die uiteindelijk kán leiden tot een meer collectieve toepassing die voor meerdere werknemers goed is. Door samen naar een oplossing te zoeken is er ook minder sprake van de tegenstelling ‘jij of ik’. Goed werkgeverschap is een keuze en verdient in deze tijden van digitalisering en platformisering meer aandacht omdat deze ontwikkelingen het menselijke aspect uit arbeidsrelaties halen.

 

De presentaties van de sprekers treft u aan op onze site. Wij hopen u bij een van onze volgende bijeenkomsten te ontmoeten.

 

23 november 2018